Vertaling van trazer

Inhoud:

Portugees
Nederlands
trazer {ww.}
aanbrengen 
bezorgen 
brengen 
aandragen 


Voorbeelden in zinsverband

Portugees
Nederlands

Você pode trazer quem quiser.

Je mag wie je maar wilt meenemen.

Esqueci de trazer meu guarda-chuva comigo.

Ik ben vergeten m'n paraplu mee te nemen.

Certos cheiros podem facilmente trazer lembranças da infância.

Sommige geuren kunnen gemakkelijk jeugdherinneringen laten opduiken.

Como nós amamos vocês, nós estamos atualizando o Tatoeba para lhes trazer uma experiência de usuário melhor. Viram? A gente ama vocês, hein?

Omdat we van jullie houden, zijn we Tatoeba aan het updaten om jullie een betere gebruikerservaring te geven. Zien jullie wel? We houden van jullie, hè?