Vertaling van veio
Voorbeelden in zinsverband
Ninguém veio.
Er is niemand gekomen.
Alguém não veio hoje?
Is er iemand afwezig vandaag?
Ele veio de bicicleta.
Hij is op de fiets gegaan.
Ela veio com ele?
Is ze met hem gekomen?
Ele veio do sul.
Hij kwam uit het zuiden.
O senhor Smith veio.
Mr. Smith kwam.
Por que você não veio?
Waarom kwam je niet?
Por que ela não veio?
Waarom is ze niet gekomen?
Ele veio te ver ontem.
Hij is gisteren gekomen om u te zien.
Eu não sabia de onde isso veio.
Ik wist niet waar het vandaan kwam.
Ela não veio porque está doente.
Ze is er niet omdat ze ziek is.
Você não veio para a escola ontem.
Je kwam gisteren niet naar school.
Ele não veio na hora certa.
Hij kwam niet op tijd.
Por que você veio ao Japão?
Waarom zijt ge naar Japan gekomen?
Tom veio correndo com uma carta de Judy.
Tom kwam aangerend met een brief van Judy.