Vertaling van gård

Inhoud:

Zweeds
Nederlands
gård, gårdstomt {zn.}
plaats  [v]
binnenplaats  [v]
hof  [o]
erf  [o]
bondgård, gård, säteri {zn.}
bezitting [v]
goed  [o]
landgoed [o]
boerderij  [v]


Gerelateerd aan gård

gårdstomt - bondgård - säteri