Vertaling van i
Inhoud:
Zweeds
Nederlands
Voorbeelden in zinsverband
Zweeds
Nederlands
I Europa startar skolorna i september.
In Europa beginnen de scholen in september.
Du är i vägen.
Je staat in de weg.
Kolet glöd i elden.
De kolen gloeide in het vuur.
Jag är i bilen.
Ik ben in de auto.
Hon bor i Kyoto.
Ze woont in Kyoto.
Vi ses i morgon!
Tot morgen!
Jag bor i lägenhet.
Ik woon in een appartement.
Jag bor i Japan.
Ik woon in Japan.
Han bor i Kyoto.
Hij woont in Kioto.
Vad finns i lådan?
Wat zit er in de doos?
Solen går upp i öst och ner i väst.
De zon komt op in het oosten en gaat onder in het westen.
Tyskland ligger mitt i Europa.
Duitsland ligt in het midden van Europa.
Min bror bor i Tokyo.
Mijn broer woont in Tokio.
De leker gärna i snön.
Ze spelen graag in de sneeuw.
Jag trivs verkligen i Georgien.
Ik ben erg blij in Georgië.