Vertaling van stor

Inhoud:

Zweeds
Nederlands
stor {bn.}
groot 
påle, stör {zn.}
stijl
paal
post 
deurpost [m]
stör {zn.}
steur


Voorbeelden in zinsverband

Zweeds
Nederlands

Vilken stor hund!

Wat een grote hond!

Den är för stor.

Het is te groot.


Gerelateerd aan stor

påle - stör