Vervoeging van ocultar
Onbepaalde wijs (infinitief): ocultar
				
				Spaans
Nederlands
Indicativo presente
- yo oculto
 - tú ocultas
 - él/ella oculta
 - nosotros ocultamos
 - vosotros ocultáis
 - ellos/ellas ocultan
 
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik ontveins
 - jij ontveinst
 - hij/zij/het ontveinst
 - wij ontveinzen
 - jullie ontveinzen
 - zij ontveinzen
 
Indefinido
- yo oculté
 - tú ocultaste
 - él/ella ocultó
 - nosotros ocultamos
 - vosotros ocultasteis
 - ellos/ellas ocultaron
 
Onvoltooid verleden tijd
- ik ontveinsde
 - jij ontveinsde
 - hij/zij/het ontveinsde
 - wij ontveinsden
 - jullie ontveinsden
 - zij ontveinsden
 
Pretérito perfecto compuesto
- yo he ocultado
 - tú has ocultado
 - él/ella ha ocultado
 - nosotros hemos ocultado
 - vosotros habéis ocultado
 - ellos/ellas han ocultado
 
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb ontveinsd
 - jij hebt ontveinsd
 - hij/zij/het heeft ontveinsd
 - wij hebben ontveinsd
 - jullie hebben ontveinsd
 - zij hebben ontveinsd
 
Pluscuamperfecto
- yo había ocultado
 - tú habías ocultado
 - él/ella había ocultado
 - nosotros habíamos ocultado
 - vosotros habíais ocultado
 - ellos/ellas habían ocultado
 
Voltooid verleden tijd
- ik had ontveinsd
 - jij had ontveinsd
 - hij/zij/het had ontveinsd
 - wij hadden ontveinsd
 - jullie hadden ontveinsd
 - zij hadden ontveinsd
 
Futuro I
- yo ocultaré
 - tú ocultarás
 - él/ella ocultará
 - nosotros ocultaremos
 - vosotros ocultaréis
 - ellos/ellas ocultarán
 
Toekomende tijd I
- ik zal ontveinzen
 - jij zult ontveinzen
 - hij/zij/het zal ontveinzen
 - wij zullen ontveinzen
 - jullie zullen ontveinzen
 - zij zullen ontveinzen
 
Futuro perfecto
- yo habré ocultado
 - tú habrás ocultado
 - él/ella habrá ocultado
 - nosotros habremos ocultado
 - vosotros habréis ocultado
 - ellos/ellas habrán ocultado
 
Toekomende tijd II
- ik zal ontveinsd hebben
 - jij zult ontveinsd hebben
 - hij/zij/het zal ontveinsd hebben
 - wij zullen ontveinsd hebben
 - jullie zullen ontveinsd hebben
 - zij zullen ontveinsd hebben
 
Condicional
- yo ocultaría
 - tú ocultarías
 - él/ella ocultaría
 - nosotros ocultaríamos
 - vosotros ocultaríais
 - ellos/ellas ocultarían
 
Conditionalis I
- ik zou ontveinzen
 - jij zou ontveinzen
 - hij/zij/het zou ontveinzen
 - wij zouden ontveinzen
 - jullie zouden ontveinzen
 - zij zouden ontveinzen
 
Condicional perfecto
- yo habría ocultado
 - tú habrías ocultado
 - él/ella habría ocultado
 - nosotros habríamos ocultado
 - vosotros habríais ocultado
 - ellos/ellas habrían ocultado
 
Conditionalis II
- ik zou hebben ontveinsd
 - jij zou hebben ontveinsd
 - hij/zij/het zou hebben ontveinsd
 - wij zouden hebben ontveinsd
 - jullie zouden hebben ontveinsd
 - zij zouden hebben ontveinsd
 
Imperativo presente
- tú oculta
 - vosotros ocultad
 
Imperatief
- jij ontveins
 - jullie ontveinst