Vervoeging van bestempelen
Onbepaalde wijs (infinitief): bestempelen
Er is helaas geen Spaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik bestempel
- jij bestempelt
- hij/zij/het bestempelt
- wij bestempelen
- jullie bestempelen
- zij bestempelen
Onvoltooid verleden tijd
- ik bestempelde
- jij bestempelde
- hij/zij/het bestempelde
- wij bestempelden
- jullie bestempelden
- zij bestempelden
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb bestempeld
- jij hebt bestempeld
- hij/zij/het heeft bestempeld
- wij hebben bestempeld
- jullie hebben bestempeld
- zij hebben bestempeld
Voltooid verleden tijd
- ik had bestempeld
- jij had bestempeld
- hij/zij/het had bestempeld
- wij hadden bestempeld
- jullie hadden bestempeld
- zij hadden bestempeld
Toekomende tijd I
- ik zal bestempelen
- jij zult bestempelen
- hij/zij/het zal bestempelen
- wij zullen bestempelen
- jullie zullen bestempelen
- zij zullen bestempelen
Toekomende tijd II
- ik zal bestempeld hebben
- jij zult bestempeld hebben
- hij/zij/het zal bestempeld hebben
- wij zullen bestempeld hebben
- jullie zullen bestempeld hebben
- zij zullen bestempeld hebben
Conditionalis I
- ik zou bestempelen
- jij zou bestempelen
- hij/zij/het zou bestempelen
- wij zouden bestempelen
- jullie zouden bestempelen
- zij zouden bestempelen
Conditionalis II
- ik zou hebben bestempeld
- jij zou hebben bestempeld
- hij/zij/het zou hebben bestempeld
- wij zouden hebben bestempeld
- jullie zouden hebben bestempeld
- zij zouden hebben bestempeld
Imperatief
- jij bestempel
- jullie bestempelt