Vervoeging van binnenvliegen

Onbepaalde wijs (infinitief): binnenvliegen

Er is helaas geen Franse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik vlieg binnen
    • jij vliegt binnen
    • hij/zij/het vliegt binnen
    • wij vliegen binnen
    • jullie vliegen binnen
    • zij vliegen binnen
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik vloog binnen
    • jij vloog binnen
    • hij/zij/het vloog binnen
    • wij vlogen binnen
    • jullie vlogen binnen
    • zij vlogen binnen
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik ben binnengevlogen
    • jij bent binnengevlogen
    • hij/zij/het is binnengevlogen
    • wij zijn binnengevlogen
    • jullie zijn binnengevlogen
    • zij zijn binnengevlogen
  • Voltooid verleden tijd

    • ik was binnengevlogen
    • jij was binnengevlogen
    • hij/zij/het was binnengevlogen
    • wij waren binnengevlogen
    • jullie waren binnengevlogen
    • zij waren binnengevlogen
  • Toekomende tijd I

    • ik zal binnenvliegen
    • jij zult binnenvliegen
    • hij/zij/het zal binnenvliegen
    • wij zullen binnenvliegen
    • jullie zullen binnenvliegen
    • zij zullen binnenvliegen
  • Toekomende tijd II

    • ik zal binnengevlogen zijn
    • jij zult binnengevlogen zijn
    • hij/zij/het zal binnengevlogen zijn
    • wij zullen binnengevlogen zijn
    • jullie zullen binnengevlogen zijn
    • zij zullen binnengevlogen zijn
  • Conditionalis I

    • ik zou binnenvliegen
    • jij zou binnenvliegen
    • hij/zij/het zou binnenvliegen
    • wij zouden binnenvliegen
    • jullie zouden binnenvliegen
    • zij zouden binnenvliegen
  • Conditionalis II

    • ik zou zijn binnengevlogen
    • jij zou zijn binnengevlogen
    • hij/zij/het zou zijn binnengevlogen
    • wij zouden zijn binnengevlogen
    • jullie zouden zijn binnengevlogen
    • zij zouden zijn binnengevlogen
  • Imperatief

    • jij vlieg binnen
    • jullie vliegt binnen

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van binnenvliegen