Vervoeging van decideren

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik decideer
    • jij decideert
    • hij/zij/het decideert
    • wij decideren
    • jullie decideren
    • zij decideren
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik decideerde
    • jij decideerde
    • hij/zij/het decideerde
    • wij decideerden
    • jullie decideerden
    • zij decideerden
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb gedecideerd
    • jij hebt gedecideerd
    • hij/zij/het heeft gedecideerd
    • wij hebben gedecideerd
    • jullie hebben gedecideerd
    • zij hebben gedecideerd
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had gedecideerd
    • jij had gedecideerd
    • hij/zij/het had gedecideerd
    • wij hadden gedecideerd
    • jullie hadden gedecideerd
    • zij hadden gedecideerd
  • Toekomende tijd I

    • ik zal decideren
    • jij zult decideren
    • hij/zij/het zal decideren
    • wij zullen decideren
    • jullie zullen decideren
    • zij zullen decideren
  • Toekomende tijd II

    • ik zal gedecideerd hebben
    • jij zult gedecideerd hebben
    • hij/zij/het zal gedecideerd hebben
    • wij zullen gedecideerd hebben
    • jullie zullen gedecideerd hebben
    • zij zullen gedecideerd hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou decideren
    • jij zou decideren
    • hij/zij/het zou decideren
    • wij zouden decideren
    • jullie zouden decideren
    • zij zouden decideren
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben gedecideerd
    • jij zou hebben gedecideerd
    • hij/zij/het zou hebben gedecideerd
    • wij zouden hebben gedecideerd
    • jullie zouden hebben gedecideerd
    • zij zouden hebben gedecideerd
  • Imperatief

    • jij decideer
    • jullie decideert

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van decideren