Vervoeging van doorlaten
Onbepaalde wijs (infinitief): doorlaten
				
				Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik laat door
 - jij laat door
 - hij/zij/het laat door
 - wij laten door
 - jullie laten door
 - zij laten door
 
Onvoltooid verleden tijd
- ik liet door
 - jij liet door
 - hij/zij/het liet door
 - wij lieten door
 - jullie lieten door
 - zij lieten door
 
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb doorgelaten
 - jij hebt doorgelaten
 - hij/zij/het heeft doorgelaten
 - wij hebben doorgelaten
 - jullie hebben doorgelaten
 - zij hebben doorgelaten
 
Voltooid verleden tijd
- ik had doorgelaten
 - jij had doorgelaten
 - hij/zij/het had doorgelaten
 - wij hadden doorgelaten
 - jullie hadden doorgelaten
 - zij hadden doorgelaten
 
Toekomende tijd I
- ik zal doorlaten
 - jij zult doorlaten
 - hij/zij/het zal doorlaten
 - wij zullen doorlaten
 - jullie zullen doorlaten
 - zij zullen doorlaten
 
Toekomende tijd II
- ik zal doorgelaten hebben
 - jij zult doorgelaten hebben
 - hij/zij/het zal doorgelaten hebben
 - wij zullen doorgelaten hebben
 - jullie zullen doorgelaten hebben
 - zij zullen doorgelaten hebben
 
Conditionalis I
- ik zou doorlaten
 - jij zou doorlaten
 - hij/zij/het zou doorlaten
 - wij zouden doorlaten
 - jullie zouden doorlaten
 - zij zouden doorlaten
 
Conditionalis II
- ik zou hebben doorgelaten
 - jij zou hebben doorgelaten
 - hij/zij/het zou hebben doorgelaten
 - wij zouden hebben doorgelaten
 - jullie zouden hebben doorgelaten
 - zij zouden hebben doorgelaten
 
Imperatief
- jij laat door
 - jullie laat door