Vervoeging van doorverbinden
Onbepaalde wijs (infinitief): doorverbinden
Er is helaas geen Franse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik doorverbind
- jij doorverbindt
- hij/zij/het doorverbindt
- wij doorverbinden
- jullie doorverbinden
- zij doorverbinden
Onvoltooid verleden tijd
- ik doorverbond
- jij doorverbond
- hij/zij/het doorverbond
- wij doorverbonden
- jullie doorverbonden
- zij doorverbonden
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb doorverbonden
- jij hebt doorverbonden
- hij/zij/het heeft doorverbonden
- wij hebben doorverbonden
- jullie hebben doorverbonden
- zij hebben doorverbonden
Voltooid verleden tijd
- ik had doorverbonden
- jij had doorverbonden
- hij/zij/het had doorverbonden
- wij hadden doorverbonden
- jullie hadden doorverbonden
- zij hadden doorverbonden
Toekomende tijd I
- ik zal doorverbinden
- jij zult doorverbinden
- hij/zij/het zal doorverbinden
- wij zullen doorverbinden
- jullie zullen doorverbinden
- zij zullen doorverbinden
Toekomende tijd II
- ik zal doorverbonden hebben
- jij zult doorverbonden hebben
- hij/zij/het zal doorverbonden hebben
- wij zullen doorverbonden hebben
- jullie zullen doorverbonden hebben
- zij zullen doorverbonden hebben
Conditionalis I
- ik zou doorverbinden
- jij zou doorverbinden
- hij/zij/het zou doorverbinden
- wij zouden doorverbinden
- jullie zouden doorverbinden
- zij zouden doorverbinden
Conditionalis II
- ik zou hebben doorverbonden
- jij zou hebben doorverbonden
- hij/zij/het zou hebben doorverbonden
- wij zouden hebben doorverbonden
- jullie zouden hebben doorverbonden
- zij zouden hebben doorverbonden
Imperatief
- jij doorverbind
- jullie doorverbindt