Vervoeging van doorwandelen
Onbepaalde wijs (infinitief): doorwandelen
				
				Er is helaas geen Italiaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik doorwandel
 - jij doorwandelt
 - hij/zij/het doorwandelt
 - wij doorwandelen
 - jullie doorwandelen
 - zij doorwandelen
 
Onvoltooid verleden tijd
- ik doorwandelde
 - jij doorwandelde
 - hij/zij/het doorwandelde
 - wij doorwandelden
 - jullie doorwandelden
 - zij doorwandelden
 
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb doorwandeld
 - jij hebt doorwandeld
 - hij/zij/het heeft doorwandeld
 - wij hebben doorwandeld
 - jullie hebben doorwandeld
 - zij hebben doorwandeld
 
Voltooid verleden tijd
- ik had doorwandeld
 - jij had doorwandeld
 - hij/zij/het had doorwandeld
 - wij hadden doorwandeld
 - jullie hadden doorwandeld
 - zij hadden doorwandeld
 
Toekomende tijd I
- ik zal doorwandelen
 - jij zult doorwandelen
 - hij/zij/het zal doorwandelen
 - wij zullen doorwandelen
 - jullie zullen doorwandelen
 - zij zullen doorwandelen
 
Toekomende tijd II
- ik zal doorwandeld hebben
 - jij zult doorwandeld hebben
 - hij/zij/het zal doorwandeld hebben
 - wij zullen doorwandeld hebben
 - jullie zullen doorwandeld hebben
 - zij zullen doorwandeld hebben
 
Conditionalis I
- ik zou doorwandelen
 - jij zou doorwandelen
 - hij/zij/het zou doorwandelen
 - wij zouden doorwandelen
 - jullie zouden doorwandelen
 - zij zouden doorwandelen
 
Conditionalis II
- ik zou hebben doorwandeld
 - jij zou hebben doorwandeld
 - hij/zij/het zou hebben doorwandeld
 - wij zouden hebben doorwandeld
 - jullie zouden hebben doorwandeld
 - zij zouden hebben doorwandeld
 
Imperatief
- jij doorwandel
 - jullie doorwandelt