Vervoeging van overstemmen
Onbepaalde wijs (infinitief): overstemmen
				
				Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik overstem
 - jij overstemt
 - hij/zij/het overstemt
 - wij overstemmen
 - jullie overstemmen
 - zij overstemmen
 
Onvoltooid verleden tijd
- ik overstemde
 - jij overstemde
 - hij/zij/het overstemde
 - wij overstemden
 - jullie overstemden
 - zij overstemden
 
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb overstemd
 - jij hebt overstemd
 - hij/zij/het heeft overstemd
 - wij hebben overstemd
 - jullie hebben overstemd
 - zij hebben overstemd
 
Voltooid verleden tijd
- ik had overstemd
 - jij had overstemd
 - hij/zij/het had overstemd
 - wij hadden overstemd
 - jullie hadden overstemd
 - zij hadden overstemd
 
Toekomende tijd I
- ik zal overstemmen
 - jij zult overstemmen
 - hij/zij/het zal overstemmen
 - wij zullen overstemmen
 - jullie zullen overstemmen
 - zij zullen overstemmen
 
Toekomende tijd II
- ik zal overstemd hebben
 - jij zult overstemd hebben
 - hij/zij/het zal overstemd hebben
 - wij zullen overstemd hebben
 - jullie zullen overstemd hebben
 - zij zullen overstemd hebben
 
Conditionalis I
- ik zou overstemmen
 - jij zou overstemmen
 - hij/zij/het zou overstemmen
 - wij zouden overstemmen
 - jullie zouden overstemmen
 - zij zouden overstemmen
 
Conditionalis II
- ik zou hebben overstemd
 - jij zou hebben overstemd
 - hij/zij/het zou hebben overstemd
 - wij zouden hebben overstemd
 - jullie zouden hebben overstemd
 - zij zouden hebben overstemd
 
Imperatief
- jij overstem
 - jullie overstemt