Vervoeging van stofzuigen
Onbepaalde wijs (infinitief): stofzuigen
Er is helaas geen Engelse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik stofzuig
- jij stofzuigt
- hij/zij/het stofzuigt
- wij stofzuigen
- jullie stofzuigen
- zij stofzuigen
Onvoltooid verleden tijd
- ik stofzuigde
- jij stofzuigde
- hij/zij/het stofzuigde
- wij stofzuigden
- jullie stofzuigden
- zij stofzuigden
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb gestofzuigd
- jij hebt gestofzuigd
- hij/zij/het heeft gestofzuigd
- wij hebben gestofzuigd
- jullie hebben gestofzuigd
- zij hebben gestofzuigd
Voltooid verleden tijd
- ik had gestofzuigd
- jij had gestofzuigd
- hij/zij/het had gestofzuigd
- wij hadden gestofzuigd
- jullie hadden gestofzuigd
- zij hadden gestofzuigd
Toekomende tijd I
- ik zal stofzuigen
- jij zult stofzuigen
- hij/zij/het zal stofzuigen
- wij zullen stofzuigen
- jullie zullen stofzuigen
- zij zullen stofzuigen
Toekomende tijd II
- ik zal gestofzuigd hebben
- jij zult gestofzuigd hebben
- hij/zij/het zal gestofzuigd hebben
- wij zullen gestofzuigd hebben
- jullie zullen gestofzuigd hebben
- zij zullen gestofzuigd hebben
Conditionalis I
- ik zou stofzuigen
- jij zou stofzuigen
- hij/zij/het zou stofzuigen
- wij zouden stofzuigen
- jullie zouden stofzuigen
- zij zouden stofzuigen
Conditionalis II
- ik zou hebben gestofzuigd
- jij zou hebben gestofzuigd
- hij/zij/het zou hebben gestofzuigd
- wij zouden hebben gestofzuigd
- jullie zouden hebben gestofzuigd
- zij zouden hebben gestofzuigd
Imperatief
- jij stofzuig
- jullie stofzuigt