Vervoeging van verifiëren
Onbepaalde wijs (infinitief): verifiëren
				
				Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik verifieer
 - jij verifieert
 - hij/zij/het verifieert
 - wij verifiëren
 - jullie verifiëren
 - zij verifiëren
 
Onvoltooid verleden tijd
- ik verifieerde
 - jij verifieerde
 - hij/zij/het verifieerde
 - wij verifieerden
 - jullie verifieerden
 - zij verifieerden
 
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb verifieerd
 - jij hebt verifieerd
 - hij/zij/het heeft verifieerd
 - wij hebben verifieerd
 - jullie hebben verifieerd
 - zij hebben verifieerd
 
Voltooid verleden tijd
- ik had verifieerd
 - jij had verifieerd
 - hij/zij/het had verifieerd
 - wij hadden verifieerd
 - jullie hadden verifieerd
 - zij hadden verifieerd
 
Toekomende tijd I
- ik zal verifiëren
 - jij zult verifiëren
 - hij/zij/het zal verifiëren
 - wij zullen verifiëren
 - jullie zullen verifiëren
 - zij zullen verifiëren
 
Toekomende tijd II
- ik zal verifieerd hebben
 - jij zult verifieerd hebben
 - hij/zij/het zal verifieerd hebben
 - wij zullen verifieerd hebben
 - jullie zullen verifieerd hebben
 - zij zullen verifieerd hebben
 
Conditionalis I
- ik zou verifiëren
 - jij zou verifiëren
 - hij/zij/het zou verifiëren
 - wij zouden verifiëren
 - jullie zouden verifiëren
 - zij zouden verifiëren
 
Conditionalis II
- ik zou hebben verifieerd
 - jij zou hebben verifieerd
 - hij/zij/het zou hebben verifieerd
 - wij zouden hebben verifieerd
 - jullie zouden hebben verifieerd
 - zij zouden hebben verifieerd
 
Imperatief
- jij verifieer
 - jullie verifieert