Vervoeging van windsurfen
Onbepaalde wijs (infinitief): windsurfen
Er is helaas geen Spaanse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik windsurf
- jij windsurft
- hij/zij/het windsurft
- wij windsurfen
- jullie windsurfen
- zij windsurfen
Onvoltooid verleden tijd
- ik windsurfte
- jij windsurfte
- hij/zij/het windsurfte
- wij windsurften
- jullie windsurften
- zij windsurften
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb gewindsurft
- jij hebt gewindsurft
- hij/zij/het heeft gewindsurft
- wij hebben gewindsurft
- jullie hebben gewindsurft
- zij hebben gewindsurft
Voltooid verleden tijd
- ik had gewindsurft
- jij had gewindsurft
- hij/zij/het had gewindsurft
- wij hadden gewindsurft
- jullie hadden gewindsurft
- zij hadden gewindsurft
Toekomende tijd I
- ik zal windsurfen
- jij zult windsurfen
- hij/zij/het zal windsurfen
- wij zullen windsurfen
- jullie zullen windsurfen
- zij zullen windsurfen
Toekomende tijd II
- ik zal gewindsurft hebben
- jij zult gewindsurft hebben
- hij/zij/het zal gewindsurft hebben
- wij zullen gewindsurft hebben
- jullie zullen gewindsurft hebben
- zij zullen gewindsurft hebben
Conditionalis I
- ik zou windsurfen
- jij zou windsurfen
- hij/zij/het zou windsurfen
- wij zouden windsurfen
- jullie zouden windsurfen
- zij zouden windsurfen
Conditionalis II
- ik zou hebben gewindsurft
- jij zou hebben gewindsurft
- hij/zij/het zou hebben gewindsurft
- wij zouden hebben gewindsurft
- jullie zouden hebben gewindsurft
- zij zouden hebben gewindsurft
Imperatief
- jij windsurf
- jullie windsurft