Vervoeging van boekweiten
Onbepaalde wijs (infinitief): boekweiten
				
				Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.
- Onvoltooid tegenwoordige tijd- ik boekweit
- jij boekweit
- hij/zij/het boekweit
- wij boekweiten
- jullie boekweiten
- zij boekweiten
 
- Onvoltooid verleden tijd- ik boekweitte
- jij boekweitte
- hij/zij/het boekweitte
- wij boekweitten
- jullie boekweitten
- zij boekweitten
 
- Voltooid tegenwoordige tijd- ik heb geboekweit
- jij hebt geboekweit
- hij/zij/het heeft geboekweit
- wij hebben geboekweit
- jullie hebben geboekweit
- zij hebben geboekweit
 
- Voltooid verleden tijd- ik had geboekweit
- jij had geboekweit
- hij/zij/het had geboekweit
- wij hadden geboekweit
- jullie hadden geboekweit
- zij hadden geboekweit
 
- Toekomende tijd I- ik zal boekweiten
- jij zult boekweiten
- hij/zij/het zal boekweiten
- wij zullen boekweiten
- jullie zullen boekweiten
- zij zullen boekweiten
 
- Toekomende tijd II- ik zal geboekweit hebben
- jij zult geboekweit hebben
- hij/zij/het zal geboekweit hebben
- wij zullen geboekweit hebben
- jullie zullen geboekweit hebben
- zij zullen geboekweit hebben
 
- Conditionalis I- ik zou boekweiten
- jij zou boekweiten
- hij/zij/het zou boekweiten
- wij zouden boekweiten
- jullie zouden boekweiten
- zij zouden boekweiten
 
- Conditionalis II- ik zou hebben geboekweit
- jij zou hebben geboekweit
- hij/zij/het zou hebben geboekweit
- wij zouden hebben geboekweit
- jullie zouden hebben geboekweit
- zij zouden hebben geboekweit
 
- Imperatief- jij boekweit
- jullie boekweit