Vervoeging van doorslippen
Onbepaalde wijs (infinitief): doorslippen
Er is helaas geen Duitse vertaling gevonden.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik slip door
- jij slipt door
- hij/zij/het slipt door
- wij slippen door
- jullie slippen door
- zij slippen door
Onvoltooid verleden tijd
- ik slipte door
- jij slipte door
- hij/zij/het slipte door
- wij slipten door
- jullie slipten door
- zij slipten door
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb doorgeslipt
- jij hebt doorgeslipt
- hij/zij/het heeft doorgeslipt
- wij hebben doorgeslipt
- jullie hebben doorgeslipt
- zij hebben doorgeslipt
Voltooid verleden tijd
- ik had doorgeslipt
- jij had doorgeslipt
- hij/zij/het had doorgeslipt
- wij hadden doorgeslipt
- jullie hadden doorgeslipt
- zij hadden doorgeslipt
Toekomende tijd I
- ik zal doorslippen
- jij zult doorslippen
- hij/zij/het zal doorslippen
- wij zullen doorslippen
- jullie zullen doorslippen
- zij zullen doorslippen
Toekomende tijd II
- ik zal doorgeslipt hebben
- jij zult doorgeslipt hebben
- hij/zij/het zal doorgeslipt hebben
- wij zullen doorgeslipt hebben
- jullie zullen doorgeslipt hebben
- zij zullen doorgeslipt hebben
Conditionalis I
- ik zou doorslippen
- jij zou doorslippen
- hij/zij/het zou doorslippen
- wij zouden doorslippen
- jullie zouden doorslippen
- zij zouden doorslippen
Conditionalis II
- ik zou hebben doorgeslipt
- jij zou hebben doorgeslipt
- hij/zij/het zou hebben doorgeslipt
- wij zouden hebben doorgeslipt
- jullie zouden hebben doorgeslipt
- zij zouden hebben doorgeslipt
Imperatief
- jij slip door
- jullie slipt door