Vervoeging van vervliegen

Onbepaalde wijs (infinitief): vervliegen

Er is helaas geen Spaanse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • hij/zij/het vervliegt
    • zij vervliegen
  • Onvoltooid verleden tijd

    • hij/zij/het vervloog
    • zij vervlogen
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • hij/zij/het is vervlogen
    • zij zijn vervlogen
  • Voltooid verleden tijd

    • hij/zij/het was vervlogen
    • zij waren vervlogen
  • Toekomende tijd I

    • hij/zij/het zal vervliegen
    • zij zult vervliegen
  • Toekomende tijd II

    • hij/zij/het zal vervlogen zijn
    • zij zult vervlogen zijn
  • Conditionalis I

    • hij/zij/het zal vervliegen
    • zij zullen vervliegen
  • Conditionalis II

    • hij/zij/het zal zijn vervlogen
    • zij zullen zijn vervlogen