Vervoeging van couperen
Onbepaalde wijs (infinitief): couperen
				
				Er is helaas geen Franse vertaling gevonden.
- Onvoltooid tegenwoordige tijd- ik coupeer
- jij coupeert
- hij/zij/het coupeert
- wij couperen
- jullie couperen
- zij couperen
 
- Onvoltooid verleden tijd- ik coupeerde
- jij coupeerde
- hij/zij/het coupeerde
- wij coupeerden
- jullie coupeerden
- zij coupeerden
 
- Voltooid tegenwoordige tijd- ik heb gecoupeerd
- jij hebt gecoupeerd
- hij/zij/het heeft gecoupeerd
- wij hebben gecoupeerd
- jullie hebben gecoupeerd
- zij hebben gecoupeerd
 
- Voltooid verleden tijd- ik had gecoupeerd
- jij had gecoupeerd
- hij/zij/het had gecoupeerd
- wij hadden gecoupeerd
- jullie hadden gecoupeerd
- zij hadden gecoupeerd
 
- Toekomende tijd I- ik zal couperen
- jij zult couperen
- hij/zij/het zal couperen
- wij zullen couperen
- jullie zullen couperen
- zij zullen couperen
 
- Toekomende tijd II- ik zal gecoupeerd hebben
- jij zult gecoupeerd hebben
- hij/zij/het zal gecoupeerd hebben
- wij zullen gecoupeerd hebben
- jullie zullen gecoupeerd hebben
- zij zullen gecoupeerd hebben
 
- Conditionalis I- ik zou couperen
- jij zou couperen
- hij/zij/het zou couperen
- wij zouden couperen
- jullie zouden couperen
- zij zouden couperen
 
- Conditionalis II- ik zou hebben gecoupeerd
- jij zou hebben gecoupeerd
- hij/zij/het zou hebben gecoupeerd
- wij zouden hebben gecoupeerd
- jullie zouden hebben gecoupeerd
- zij zouden hebben gecoupeerd
 
- Imperatief- jij coupeer
- jullie coupeert