Vervoeging van annotate
Onbepaalde wijs (infinitief): to annotate
Engels
Nederlands
Present
- I annotate
- you annotate
- he/she/it annotates
- we annotate
- you annotate
- they annotate
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik commentarieer
- jij commentarieert
- hij/zij/het commentarieert
- wij commentariëren
- jullie commentariëren
- zij commentariëren
Simple past
- I annotated
- you annotated
- he/she/it annotated
- we annotated
- you annotated
- they annotated
Onvoltooid verleden tijd
- ik commentarieerde
- jij commentarieerde
- hij/zij/het commentarieerde
- wij commentarieerden
- jullie commentarieerden
- zij commentarieerden
Present perfect
- I have annotated
- you have annotated
- he/she/it has annotated
- we have annotated
- you have annotated
- they have annotated
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb gecommentarieerd
- jij hebt gecommentarieerd
- hij/zij/het heeft gecommentarieerd
- wij hebben gecommentarieerd
- jullie hebben gecommentarieerd
- zij hebben gecommentarieerd
Past perfect
- I had annotated
- you had annotated
- he/she/it had annotated
- we had annotated
- you had annotated
- they had annotated
Voltooid verleden tijd
- ik had gecommentarieerd
- jij had gecommentarieerd
- hij/zij/het had gecommentarieerd
- wij hadden gecommentarieerd
- jullie hadden gecommentarieerd
- zij hadden gecommentarieerd
Future
- I will annotate
- you will annotate
- he/she/it will annotate
- we will annotate
- you will annotate
- they will annotate
Toekomende tijd I
- ik zal commentariëren
- jij zult commentariëren
- hij/zij/het zal commentariëren
- wij zullen commentariëren
- jullie zullen commentariëren
- zij zullen commentariëren
Future perfect
- I will have annotated
- you will have annotated
- he/she/it will have annotated
- we will have annotated
- you will have annotated
- they will have annotated
Toekomende tijd II
- ik zal gecommentarieerd hebben
- jij zult gecommentarieerd hebben
- hij/zij/het zal gecommentarieerd hebben
- wij zullen gecommentarieerd hebben
- jullie zullen gecommentarieerd hebben
- zij zullen gecommentarieerd hebben
Conditional present
- I would annotate
- you would annotate
- he/she/it would annotate
- we would annotate
- you would annotate
- they would annotate
Conditionalis I
- ik zou commentariëren
- jij zou commentariëren
- hij/zij/het zou commentariëren
- wij zouden commentariëren
- jullie zouden commentariëren
- zij zouden commentariëren
Conditional perfect
- I would have annotated
- you would have annotated
- he/she/it would have annotated
- we would have annotated
- you would have annotated
- they would have annotated
Conditionalis II
- ik zou hebben gecommentarieerd
- jij zou hebben gecommentarieerd
- hij/zij/het zou hebben gecommentarieerd
- wij zouden hebben gecommentarieerd
- jullie zouden hebben gecommentarieerd
- zij zouden hebben gecommentarieerd
Imperative
- you annotate
- you annotate
Imperatief
- jij commentarieer
- jullie commentarieert