Engels
Nederlands
Present
- I assume
- you assume
- he/she/it assumes
- we assume
- you assume
- they assume
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik annexeer
- jij annexeert
- hij/zij/het annexeert
- wij annexeren
- jullie annexeren
- zij annexeren
Simple past
- I assumed
- you assumed
- he/she/it assumed
- we assumed
- you assumed
- they assumed
Onvoltooid verleden tijd
- ik annexeerde
- jij annexeerde
- hij/zij/het annexeerde
- wij annexeerden
- jullie annexeerden
- zij annexeerden
Present perfect
- I have assumed
- you have assumed
- he/she/it has assumed
- we have assumed
- you have assumed
- they have assumed
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb geannexeerd
- jij hebt geannexeerd
- hij/zij/het heeft geannexeerd
- wij hebben geannexeerd
- jullie hebben geannexeerd
- zij hebben geannexeerd
Past perfect
- I had assumed
- you had assumed
- he/she/it had assumed
- we had assumed
- you had assumed
- they had assumed
Voltooid verleden tijd
- ik had geannexeerd
- jij had geannexeerd
- hij/zij/het had geannexeerd
- wij hadden geannexeerd
- jullie hadden geannexeerd
- zij hadden geannexeerd
Future
- I will assume
- you will assume
- he/she/it will assume
- we will assume
- you will assume
- they will assume
Toekomende tijd I
- ik zal annexeren
- jij zult annexeren
- hij/zij/het zal annexeren
- wij zullen annexeren
- jullie zullen annexeren
- zij zullen annexeren
Future perfect
- I will have assumed
- you will have assumed
- he/she/it will have assumed
- we will have assumed
- you will have assumed
- they will have assumed
Toekomende tijd II
- ik zal geannexeerd hebben
- jij zult geannexeerd hebben
- hij/zij/het zal geannexeerd hebben
- wij zullen geannexeerd hebben
- jullie zullen geannexeerd hebben
- zij zullen geannexeerd hebben
Conditional present
- I would assume
- you would assume
- he/she/it would assume
- we would assume
- you would assume
- they would assume
Conditionalis I
- ik zou annexeren
- jij zou annexeren
- hij/zij/het zou annexeren
- wij zouden annexeren
- jullie zouden annexeren
- zij zouden annexeren
Conditional perfect
- I would have assumed
- you would have assumed
- he/she/it would have assumed
- we would have assumed
- you would have assumed
- they would have assumed
Conditionalis II
- ik zou hebben geannexeerd
- jij zou hebben geannexeerd
- hij/zij/het zou hebben geannexeerd
- wij zouden hebben geannexeerd
- jullie zouden hebben geannexeerd
- zij zouden hebben geannexeerd
Imperative
- you assume
- you assume
Imperatief
- jij annexeer
- jullie annexeert