Vervoeging van kleuren
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik kleur
- jij kleurt
- hij/zij/het kleurt
- wij kleuren
- jullie kleuren
- zij kleuren
Present
- I overstate
- you overstate
- he/she/it overstates
- we overstate
- you overstate
- they overstate
Onvoltooid verleden tijd
- ik kleurde
- jij kleurde
- hij/zij/het kleurde
- wij kleurden
- jullie kleurden
- zij kleurden
Simple past
- I overstated
- you overstated
- he/she/it overstated
- we overstated
- you overstated
- they overstated
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb gekleurd
- jij hebt gekleurd
- hij/zij/het heeft gekleurd
- wij hebben gekleurd
- jullie hebben gekleurd
- zij hebben gekleurd
Present perfect
- I have overstated
- you have overstated
- he/she/it has overstated
- we have overstated
- you have overstated
- they have overstated
Voltooid verleden tijd
- ik had gekleurd
- jij had gekleurd
- hij/zij/het had gekleurd
- wij hadden gekleurd
- jullie hadden gekleurd
- zij hadden gekleurd
Past perfect
- I had overstated
- you had overstated
- he/she/it had overstated
- we had overstated
- you had overstated
- they had overstated
Toekomende tijd I
- ik zal kleuren
- jij zult kleuren
- hij/zij/het zal kleuren
- wij zullen kleuren
- jullie zullen kleuren
- zij zullen kleuren
Future
- I will overstate
- you will overstate
- he/she/it will overstate
- we will overstate
- you will overstate
- they will overstate
Toekomende tijd II
- ik zal gekleurd hebben
- jij zult gekleurd hebben
- hij/zij/het zal gekleurd hebben
- wij zullen gekleurd hebben
- jullie zullen gekleurd hebben
- zij zullen gekleurd hebben
Future perfect
- I will have overstated
- you will have overstated
- he/she/it will have overstated
- we will have overstated
- you will have overstated
- they will have overstated
Conditionalis I
- ik zou kleuren
- jij zou kleuren
- hij/zij/het zou kleuren
- wij zouden kleuren
- jullie zouden kleuren
- zij zouden kleuren
Conditional present
- I would overstate
- you would overstate
- he/she/it would overstate
- we would overstate
- you would overstate
- they would overstate
Conditionalis II
- ik zou hebben gekleurd
- jij zou hebben gekleurd
- hij/zij/het zou hebben gekleurd
- wij zouden hebben gekleurd
- jullie zouden hebben gekleurd
- zij zouden hebben gekleurd
Conditional perfect
- I would have overstated
- you would have overstated
- he/she/it would have overstated
- we would have overstated
- you would have overstated
- they would have overstated
Imperatief
- jij kleur
- jullie kleurt
Imperative
- you overstate
- you overstate