Vervoeging van kristalliseren

Onbepaalde wijs (infinitief): kristalliseren

Nederlands

Engels

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • hij/zij/het kristalliseert
  • zij kristalliseren

Present

  • he/she/it effloresces
  • they effloresce

Onvoltooid verleden tijd

  • hij/zij/het kristalliseerde
  • zij kristalliseerden

Simple past

  • he/she/it effloresced
  • they effloresced

Voltooid tegenwoordige tijd

  • hij/zij/het is gekristalliseerd
  • zij zijn gekristalliseerd

Present perfect

  • he/she/it has effloresced
  • they have effloresced

Voltooid verleden tijd

  • hij/zij/het was gekristalliseerd
  • zij waren gekristalliseerd

Past perfect

  • he/she/it had effloresced
  • they had effloresced

Toekomende tijd I

  • hij/zij/het zal kristalliseren
  • zij zult kristalliseren

Future

  • he/she/it will effloresce
  • they will effloresce

Toekomende tijd II

  • hij/zij/het zal gekristalliseerd zijn
  • zij zult gekristalliseerd zijn

Future perfect

  • he/she/it will have effloresced
  • they will have effloresced

Conditionalis I

  • hij/zij/het zal kristalliseren
  • zij zullen kristalliseren

Conditional present

  • he/she/it would effloresce
  • they would effloresce

Conditionalis II

  • hij/zij/het zal zijn gekristalliseerd
  • zij zullen zijn gekristalliseerd

Conditional perfect

  • he/she/it would have effloresced
  • they would have effloresced

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van kristalliseren