Vervoeging van nadoen
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik doe na
- jij doet na
- hij/zij/het doet na
- wij doen na
- jullie doen na
- zij doen na
Present
- I mimic
- you mimic
- he/she/it mimics
- we mimic
- you mimic
- they mimic
Onvoltooid verleden tijd
- ik deed na
- jij deed na
- hij/zij/het deed na
- wij deden na
- jullie deden na
- zij deden na
Simple past
- I mimicked
- you mimicked
- he/she/it mimicked
- we mimicked
- you mimicked
- they mimicked
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb nagedaan
- jij hebt nagedaan
- hij/zij/het heeft nagedaan
- wij hebben nagedaan
- jullie hebben nagedaan
- zij hebben nagedaan
Present perfect
- I have mimicked
- you have mimicked
- he/she/it has mimicked
- we have mimicked
- you have mimicked
- they have mimicked
Voltooid verleden tijd
- ik had nagedaan
- jij had nagedaan
- hij/zij/het had nagedaan
- wij hadden nagedaan
- jullie hadden nagedaan
- zij hadden nagedaan
Past perfect
- I had mimicked
- you had mimicked
- he/she/it had mimicked
- we had mimicked
- you had mimicked
- they had mimicked
Toekomende tijd I
- ik zal nadoen
- jij zult nadoen
- hij/zij/het zal nadoen
- wij zullen nadoen
- jullie zullen nadoen
- zij zullen nadoen
Future
- I will mimic
- you will mimic
- he/she/it will mimic
- we will mimic
- you will mimic
- they will mimic
Toekomende tijd II
- ik zal nagedaan hebben
- jij zult nagedaan hebben
- hij/zij/het zal nagedaan hebben
- wij zullen nagedaan hebben
- jullie zullen nagedaan hebben
- zij zullen nagedaan hebben
Future perfect
- I will have mimicked
- you will have mimicked
- he/she/it will have mimicked
- we will have mimicked
- you will have mimicked
- they will have mimicked
Conditionalis I
- ik zou nadoen
- jij zou nadoen
- hij/zij/het zou nadoen
- wij zouden nadoen
- jullie zouden nadoen
- zij zouden nadoen
Conditional present
- I would mimic
- you would mimic
- he/she/it would mimic
- we would mimic
- you would mimic
- they would mimic
Conditionalis II
- ik zou hebben nagedaan
- jij zou hebben nagedaan
- hij/zij/het zou hebben nagedaan
- wij zouden hebben nagedaan
- jullie zouden hebben nagedaan
- zij zouden hebben nagedaan
Conditional perfect
- I would have mimicked
- you would have mimicked
- he/she/it would have mimicked
- we would have mimicked
- you would have mimicked
- they would have mimicked
Imperatief
- jij doe na
- jullie doet na
Imperative
- you mimic
- you mimic