Vervoeging van praaien
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik praai
- jij praait
- hij/zij/het praait
- wij praaien
- jullie praaien
- zij praaien
Present
- I lobby
- you lobby
- he/she/it lobbies
- we lobby
- you lobby
- they lobby
Onvoltooid verleden tijd
- ik praaide
- jij praaide
- hij/zij/het praaide
- wij praaiden
- jullie praaiden
- zij praaiden
Simple past
- I lobbied
- you lobbied
- he/she/it lobbied
- we lobbied
- you lobbied
- they lobbied
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb gepraaid
- jij hebt gepraaid
- hij/zij/het heeft gepraaid
- wij hebben gepraaid
- jullie hebben gepraaid
- zij hebben gepraaid
Present perfect
- I have lobbied
- you have lobbied
- he/she/it has lobbied
- we have lobbied
- you have lobbied
- they have lobbied
Voltooid verleden tijd
- ik had gepraaid
- jij had gepraaid
- hij/zij/het had gepraaid
- wij hadden gepraaid
- jullie hadden gepraaid
- zij hadden gepraaid
Past perfect
- I had lobbied
- you had lobbied
- he/she/it had lobbied
- we had lobbied
- you had lobbied
- they had lobbied
Toekomende tijd I
- ik zal praaien
- jij zult praaien
- hij/zij/het zal praaien
- wij zullen praaien
- jullie zullen praaien
- zij zullen praaien
Future
- I will lobby
- you will lobby
- he/she/it will lobby
- we will lobby
- you will lobby
- they will lobby
Toekomende tijd II
- ik zal gepraaid hebben
- jij zult gepraaid hebben
- hij/zij/het zal gepraaid hebben
- wij zullen gepraaid hebben
- jullie zullen gepraaid hebben
- zij zullen gepraaid hebben
Future perfect
- I will have lobbied
- you will have lobbied
- he/she/it will have lobbied
- we will have lobbied
- you will have lobbied
- they will have lobbied
Conditionalis I
- ik zou praaien
- jij zou praaien
- hij/zij/het zou praaien
- wij zouden praaien
- jullie zouden praaien
- zij zouden praaien
Conditional present
- I would lobby
- you would lobby
- he/she/it would lobby
- we would lobby
- you would lobby
- they would lobby
Conditionalis II
- ik zou hebben gepraaid
- jij zou hebben gepraaid
- hij/zij/het zou hebben gepraaid
- wij zouden hebben gepraaid
- jullie zouden hebben gepraaid
- zij zouden hebben gepraaid
Conditional perfect
- I would have lobbied
- you would have lobbied
- he/she/it would have lobbied
- we would have lobbied
- you would have lobbied
- they would have lobbied
Imperatief
- jij praai
- jullie praait
Imperative
- you lobby
- you lobby