Vervoeging van revise
Onbepaalde wijs (infinitief): to revise
Engels
Nederlands
Present
- I revise
- you revise
- he/she/it revises
- we revise
- you revise
- they revise
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik bewerk
- jij bewerkt
- hij/zij/het bewerkt
- wij bewerken
- jullie bewerken
- zij bewerken
Simple past
- I revised
- you revised
- he/she/it revised
- we revised
- you revised
- they revised
Onvoltooid verleden tijd
- ik bewerkte
- jij bewerkte
- hij/zij/het bewerkte
- wij bewerkten
- jullie bewerkten
- zij bewerkten
Present perfect
- I have revised
- you have revised
- he/she/it has revised
- we have revised
- you have revised
- they have revised
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb bewerkt
- jij hebt bewerkt
- hij/zij/het heeft bewerkt
- wij hebben bewerkt
- jullie hebben bewerkt
- zij hebben bewerkt
Past perfect
- I had revised
- you had revised
- he/she/it had revised
- we had revised
- you had revised
- they had revised
Voltooid verleden tijd
- ik had bewerkt
- jij had bewerkt
- hij/zij/het had bewerkt
- wij hadden bewerkt
- jullie hadden bewerkt
- zij hadden bewerkt
Future
- I will revise
- you will revise
- he/she/it will revise
- we will revise
- you will revise
- they will revise
Toekomende tijd I
- ik zal bewerken
- jij zult bewerken
- hij/zij/het zal bewerken
- wij zullen bewerken
- jullie zullen bewerken
- zij zullen bewerken
Future perfect
- I will have revised
- you will have revised
- he/she/it will have revised
- we will have revised
- you will have revised
- they will have revised
Toekomende tijd II
- ik zal bewerkt hebben
- jij zult bewerkt hebben
- hij/zij/het zal bewerkt hebben
- wij zullen bewerkt hebben
- jullie zullen bewerkt hebben
- zij zullen bewerkt hebben
Conditional present
- I would revise
- you would revise
- he/she/it would revise
- we would revise
- you would revise
- they would revise
Conditionalis I
- ik zou bewerken
- jij zou bewerken
- hij/zij/het zou bewerken
- wij zouden bewerken
- jullie zouden bewerken
- zij zouden bewerken
Conditional perfect
- I would have revised
- you would have revised
- he/she/it would have revised
- we would have revised
- you would have revised
- they would have revised
Conditionalis II
- ik zou hebben bewerkt
- jij zou hebben bewerkt
- hij/zij/het zou hebben bewerkt
- wij zouden hebben bewerkt
- jullie zouden hebben bewerkt
- zij zouden hebben bewerkt
Imperative
- you revise
- you revise
Imperatief
- jij bewerk
- jullie bewerkt