Vervoeging van rondbrieven
Onbepaalde wijs (infinitief): rondbrieven
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik brief rond
- jij brieft rond
- hij/zij/het brieft rond
- wij brieven rond
- jullie brieven rond
- zij brieven rond
Present
- I disperse
- you disperse
- he/she/it disperses
- we disperse
- you disperse
- they disperse
Onvoltooid verleden tijd
- ik briefde rond
- jij briefde rond
- hij/zij/het briefde rond
- wij briefden rond
- jullie briefden rond
- zij briefden rond
Simple past
- I dispersed
- you dispersed
- he/she/it dispersed
- we dispersed
- you dispersed
- they dispersed
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb rondgebriefd
- jij hebt rondgebriefd
- hij/zij/het heeft rondgebriefd
- wij hebben rondgebriefd
- jullie hebben rondgebriefd
- zij hebben rondgebriefd
Present perfect
- I have dispersed
- you have dispersed
- he/she/it has dispersed
- we have dispersed
- you have dispersed
- they have dispersed
Voltooid verleden tijd
- ik had rondgebriefd
- jij had rondgebriefd
- hij/zij/het had rondgebriefd
- wij hadden rondgebriefd
- jullie hadden rondgebriefd
- zij hadden rondgebriefd
Past perfect
- I had dispersed
- you had dispersed
- he/she/it had dispersed
- we had dispersed
- you had dispersed
- they had dispersed
Toekomende tijd I
- ik zal rondbrieven
- jij zult rondbrieven
- hij/zij/het zal rondbrieven
- wij zullen rondbrieven
- jullie zullen rondbrieven
- zij zullen rondbrieven
Future
- I will disperse
- you will disperse
- he/she/it will disperse
- we will disperse
- you will disperse
- they will disperse
Toekomende tijd II
- ik zal rondgebriefd hebben
- jij zult rondgebriefd hebben
- hij/zij/het zal rondgebriefd hebben
- wij zullen rondgebriefd hebben
- jullie zullen rondgebriefd hebben
- zij zullen rondgebriefd hebben
Future perfect
- I will have dispersed
- you will have dispersed
- he/she/it will have dispersed
- we will have dispersed
- you will have dispersed
- they will have dispersed
Conditionalis I
- ik zou rondbrieven
- jij zou rondbrieven
- hij/zij/het zou rondbrieven
- wij zouden rondbrieven
- jullie zouden rondbrieven
- zij zouden rondbrieven
Conditional present
- I would disperse
- you would disperse
- he/she/it would disperse
- we would disperse
- you would disperse
- they would disperse
Conditionalis II
- ik zou hebben rondgebriefd
- jij zou hebben rondgebriefd
- hij/zij/het zou hebben rondgebriefd
- wij zouden hebben rondgebriefd
- jullie zouden hebben rondgebriefd
- zij zouden hebben rondgebriefd
Conditional perfect
- I would have dispersed
- you would have dispersed
- he/she/it would have dispersed
- we would have dispersed
- you would have dispersed
- they would have dispersed
Imperatief
- jij brief rond
- jullie brieft rond
Imperative
- you disperse
- you disperse