Vervoeging van turven

Nederlands

Engels

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik turf
  • jij turft
  • hij/zij/het turft
  • wij turven
  • jullie turven
  • zij turven

Present

  • I tally
  • you tally
  • he/she/it tallies
  • we tally
  • you tally
  • they tally

Onvoltooid verleden tijd

  • ik turfde
  • jij turfde
  • hij/zij/het turfde
  • wij turfden
  • jullie turfden
  • zij turfden

Simple past

  • I tallied
  • you tallied
  • he/she/it tallied
  • we tallied
  • you tallied
  • they tallied

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik heb geturfd
  • jij hebt geturfd
  • hij/zij/het heeft geturfd
  • wij hebben geturfd
  • jullie hebben geturfd
  • zij hebben geturfd

Present perfect

  • I have tallied
  • you have tallied
  • he/she/it has tallied
  • we have tallied
  • you have tallied
  • they have tallied

Voltooid verleden tijd

  • ik had geturfd
  • jij had geturfd
  • hij/zij/het had geturfd
  • wij hadden geturfd
  • jullie hadden geturfd
  • zij hadden geturfd

Past perfect

  • I had tallied
  • you had tallied
  • he/she/it had tallied
  • we had tallied
  • you had tallied
  • they had tallied

Toekomende tijd I

  • ik zal turven
  • jij zult turven
  • hij/zij/het zal turven
  • wij zullen turven
  • jullie zullen turven
  • zij zullen turven

Future

  • I will tally
  • you will tally
  • he/she/it will tally
  • we will tally
  • you will tally
  • they will tally

Toekomende tijd II

  • ik zal geturfd hebben
  • jij zult geturfd hebben
  • hij/zij/het zal geturfd hebben
  • wij zullen geturfd hebben
  • jullie zullen geturfd hebben
  • zij zullen geturfd hebben

Future perfect

  • I will have tallied
  • you will have tallied
  • he/she/it will have tallied
  • we will have tallied
  • you will have tallied
  • they will have tallied

Conditionalis I

  • ik zou turven
  • jij zou turven
  • hij/zij/het zou turven
  • wij zouden turven
  • jullie zouden turven
  • zij zouden turven

Conditional present

  • I would tally
  • you would tally
  • he/she/it would tally
  • we would tally
  • you would tally
  • they would tally

Conditionalis II

  • ik zou hebben geturfd
  • jij zou hebben geturfd
  • hij/zij/het zou hebben geturfd
  • wij zouden hebben geturfd
  • jullie zouden hebben geturfd
  • zij zouden hebben geturfd

Conditional perfect

  • I would have tallied
  • you would have tallied
  • he/she/it would have tallied
  • we would have tallied
  • you would have tallied
  • they would have tallied

Imperatief

  • jij turf
  • jullie turft

Imperative

  • you tally
  • you tally

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van turven