Vervoeging van verkeren
Onbepaalde wijs (infinitief): verkeren
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik verkeer
- jij verkeert
- hij/zij/het verkeert
- wij verkeren
- jullie verkeren
- zij verkeren
Present
- I concern
- you concern
- he/she/it concerns
- we concern
- you concern
- they concern
Onvoltooid verleden tijd
- ik verkeerde
- jij verkeerde
- hij/zij/het verkeerde
- wij verkeerden
- jullie verkeerden
- zij verkeerden
Simple past
- I concerned
- you concerned
- he/she/it concerned
- we concerned
- you concerned
- they concerned
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb verkeerd
- jij hebt verkeerd
- hij/zij/het heeft verkeerd
- wij hebben verkeerd
- jullie hebben verkeerd
- zij hebben verkeerd
Present perfect
- I have concerned
- you have concerned
- he/she/it has concerned
- we have concerned
- you have concerned
- they have concerned
Voltooid verleden tijd
- ik had verkeerd
- jij had verkeerd
- hij/zij/het had verkeerd
- wij hadden verkeerd
- jullie hadden verkeerd
- zij hadden verkeerd
Past perfect
- I had concerned
- you had concerned
- he/she/it had concerned
- we had concerned
- you had concerned
- they had concerned
Toekomende tijd I
- ik zal verkeren
- jij zult verkeren
- hij/zij/het zal verkeren
- wij zullen verkeren
- jullie zullen verkeren
- zij zullen verkeren
Future
- I will concern
- you will concern
- he/she/it will concern
- we will concern
- you will concern
- they will concern
Toekomende tijd II
- ik zal verkeerd hebben
- jij zult verkeerd hebben
- hij/zij/het zal verkeerd hebben
- wij zullen verkeerd hebben
- jullie zullen verkeerd hebben
- zij zullen verkeerd hebben
Future perfect
- I will have concerned
- you will have concerned
- he/she/it will have concerned
- we will have concerned
- you will have concerned
- they will have concerned
Conditionalis I
- ik zou verkeren
- jij zou verkeren
- hij/zij/het zou verkeren
- wij zouden verkeren
- jullie zouden verkeren
- zij zouden verkeren
Conditional present
- I would concern
- you would concern
- he/she/it would concern
- we would concern
- you would concern
- they would concern
Conditionalis II
- ik zou hebben verkeerd
- jij zou hebben verkeerd
- hij/zij/het zou hebben verkeerd
- wij zouden hebben verkeerd
- jullie zouden hebben verkeerd
- zij zouden hebben verkeerd
Conditional perfect
- I would have concerned
- you would have concerned
- he/she/it would have concerned
- we would have concerned
- you would have concerned
- they would have concerned
Imperatief
- jij verkeer
- jullie verkeert
Imperative
- you concern
- you concern