Vervoeging van verklikken

Onbepaalde wijs (infinitief): verklikken

Nederlands

Spaans

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik verklik
  • jij verklikt
  • hij/zij/het verklikt
  • wij verklikken
  • jullie verklikken
  • zij verklikken

Indicativo presente

  • yo denuncio
  • denuncias
  • él/ella denuncia
  • nosotros denunciamos
  • vosotros denunciáis
  • ellos/ellas denuncian

Onvoltooid verleden tijd

  • ik verklikte
  • jij verklikte
  • hij/zij/het verklikte
  • wij verklikten
  • jullie verklikten
  • zij verklikten

Indefinido

  • yo denuncié
  • denunciaste
  • él/ella denunció
  • nosotros denunciamos
  • vosotros denunciasteis
  • ellos/ellas denunciaron

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik heb verklikt
  • jij hebt verklikt
  • hij/zij/het heeft verklikt
  • wij hebben verklikt
  • jullie hebben verklikt
  • zij hebben verklikt

Pretérito perfecto compuesto

  • yo he denunciado
  • has denunciado
  • él/ella ha denunciado
  • nosotros hemos denunciado
  • vosotros habéis denunciado
  • ellos/ellas han denunciado

Voltooid verleden tijd

  • ik had verklikt
  • jij had verklikt
  • hij/zij/het had verklikt
  • wij hadden verklikt
  • jullie hadden verklikt
  • zij hadden verklikt

Pluscuamperfecto

  • yo había denunciado
  • habías denunciado
  • él/ella había denunciado
  • nosotros habíamos denunciado
  • vosotros habíais denunciado
  • ellos/ellas habían denunciado

Toekomende tijd I

  • ik zal verklikken
  • jij zult verklikken
  • hij/zij/het zal verklikken
  • wij zullen verklikken
  • jullie zullen verklikken
  • zij zullen verklikken

Futuro I

  • yo denunciaré
  • denunciarás
  • él/ella denunciará
  • nosotros denunciaremos
  • vosotros denunciaréis
  • ellos/ellas denunciarán

Toekomende tijd II

  • ik zal verklikt hebben
  • jij zult verklikt hebben
  • hij/zij/het zal verklikt hebben
  • wij zullen verklikt hebben
  • jullie zullen verklikt hebben
  • zij zullen verklikt hebben

Futuro perfecto

  • yo habré denunciado
  • habrás denunciado
  • él/ella habrá denunciado
  • nosotros habremos denunciado
  • vosotros habréis denunciado
  • ellos/ellas habrán denunciado

Conditionalis I

  • ik zou verklikken
  • jij zou verklikken
  • hij/zij/het zou verklikken
  • wij zouden verklikken
  • jullie zouden verklikken
  • zij zouden verklikken

Condicional

  • yo denunciaría
  • denunciarías
  • él/ella denunciaría
  • nosotros denunciaríamos
  • vosotros denunciaríais
  • ellos/ellas denunciarían

Conditionalis II

  • ik zou hebben verklikt
  • jij zou hebben verklikt
  • hij/zij/het zou hebben verklikt
  • wij zouden hebben verklikt
  • jullie zouden hebben verklikt
  • zij zouden hebben verklikt

Condicional perfecto

  • yo habría denunciado
  • habrías denunciado
  • él/ella habría denunciado
  • nosotros habríamos denunciado
  • vosotros habríais denunciado
  • ellos/ellas habrían denunciado

Imperatief

  • jij verklik
  • jullie verklikt

Imperativo presente

  • denuncia
  • vosotros denunciad

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van verklikken