Vervoeging van weggeven
Onbepaalde wijs (infinitief): weggeven
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik geef weg
- jij geeft weg
- hij/zij/het geeft weg
- wij geven weg
- jullie geven weg
- zij geven weg
Present
- I renounce
- you renounce
- he/she/it renounces
- we renounce
- you renounce
- they renounce
Onvoltooid verleden tijd
- ik gaf weg
- jij gaf weg
- hij/zij/het gaf weg
- wij gaven weg
- jullie gaven weg
- zij gaven weg
Simple past
- I renounced
- you renounced
- he/she/it renounced
- we renounced
- you renounced
- they renounced
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb weggegeven
- jij hebt weggegeven
- hij/zij/het heeft weggegeven
- wij hebben weggegeven
- jullie hebben weggegeven
- zij hebben weggegeven
Present perfect
- I have renounced
- you have renounced
- he/she/it has renounced
- we have renounced
- you have renounced
- they have renounced
Voltooid verleden tijd
- ik had weggegeven
- jij had weggegeven
- hij/zij/het had weggegeven
- wij hadden weggegeven
- jullie hadden weggegeven
- zij hadden weggegeven
Past perfect
- I had renounced
- you had renounced
- he/she/it had renounced
- we had renounced
- you had renounced
- they had renounced
Toekomende tijd I
- ik zal weggeven
- jij zult weggeven
- hij/zij/het zal weggeven
- wij zullen weggeven
- jullie zullen weggeven
- zij zullen weggeven
Future
- I will renounce
- you will renounce
- he/she/it will renounce
- we will renounce
- you will renounce
- they will renounce
Toekomende tijd II
- ik zal weggegeven hebben
- jij zult weggegeven hebben
- hij/zij/het zal weggegeven hebben
- wij zullen weggegeven hebben
- jullie zullen weggegeven hebben
- zij zullen weggegeven hebben
Future perfect
- I will have renounced
- you will have renounced
- he/she/it will have renounced
- we will have renounced
- you will have renounced
- they will have renounced
Conditionalis I
- ik zou weggeven
- jij zou weggeven
- hij/zij/het zou weggeven
- wij zouden weggeven
- jullie zouden weggeven
- zij zouden weggeven
Conditional present
- I would renounce
- you would renounce
- he/she/it would renounce
- we would renounce
- you would renounce
- they would renounce
Conditionalis II
- ik zou hebben weggegeven
- jij zou hebben weggegeven
- hij/zij/het zou hebben weggegeven
- wij zouden hebben weggegeven
- jullie zouden hebben weggegeven
- zij zouden hebben weggegeven
Conditional perfect
- I would have renounced
- you would have renounced
- he/she/it would have renounced
- we would have renounced
- you would have renounced
- they would have renounced
Imperatief
- jij geef weg
- jullie geeft weg
Imperative
- you renounce
- you renounce