Betekenis van:
drowsing

drowsing
Bijvoeglijk naamwoord
  • wezenloos; niet fris; sufferig; gevoelloos; dof
  • half asleep
"it seemed a pity to disturb the drowsing (or dozing) professor"

Synoniemen

Hyperoniemen

drowsing
Bijvoeglijk naamwoord
  • doezelig, dommelig, sluimerig, soezerig
  • half asleep
"it seemed a pity to disturb the drowsing (or dozing) professor"

Synoniemen

Hyperoniemen

Werkwoord