Betekenis van:
aanbevelingsbrief

aanbevelingsbrief (de ~ | meervoud aanbevelingsbrieven)
Zelfstandig naamwoord
  • brief ter aanbeveling
"een aanbevelingsbrief schrijven"

Hyperoniemen

Hyponiemen

aanbevelingsbrief
Zelfstandig naamwoord
  • een brief waarin men iets of iemand aanbeveelt

Voorbeeldzinnen

  1. Dit betekent niet dat de aanbevelingsbrief van de Commissie en meer in het algemeen de druk om de status van La Poste te wijzigen en dus de druk op de garantieverlening aan La Poste, niet worden meegenomen door de ratingbureaus.
  2. In het onderhavige geval hebben de recente regeringsdecreten, met name de aanpak van de financiering van de ambtenarenpensioenen, het behoud van diensten die voorbehouden zijn aan La Poste, de steun voor een speciale spaarrekening en de verhoging van de posttarieven (die overigens ook handelingen van overheidsgezag, zo niet volledige staatssteun vormen) tegenwicht kunnen bieden aan de gevolgen van de aanbevelingsbrief van de Commissie.