Betekenis van:
aankruisen

aankruisen
Werkwoord
  • merken met een kruisje
"hokjes aankruisen"
"aankruisen wat van toepassing is"

Hyperoniemen

aankruisen
Werkwoord
  • met een kruisje aanwijzen
"Hij had de verkeerde stad aangekruist."

Voorbeeldzinnen

  1. Het betreffende vakje aankruisen.
  2. Het juiste vakje aankruisen.
  3. (slechts één vakje aankruisen)
  4. (Aankruisen wat van toepassing is.)
  5. Aankruisen wat van toepassing is.
  6. (Aankruisen wat van toepassing is.)
  7. Aankruisen wat van toepassing is.
  8. Aankruisen wat van toepassing is.
  9. Aankruisen wat van toepassing is.
  10. (aankruisen wat van toepassing is)
  11. De van toepassing zijnde combinatie aankruisen.
  12. Aankruisen welk vakje van toepassing is.
  13. Aankruisen en aanvullen (indien van toepassing)
  14. Indien verschillende keuzemogelijkheden worden gegeven, het desbetreffende vakje aankruisen.
  15. Gedaan te …, datum…...….. (Handtekening) (1) Aankruisen wat van toepassing is.