Betekenis van:
afkoken

afkoken
Werkwoord
  • aardappels fijnkoken
"de aardappels laten afkoken"

Hyperoniemen

afkoken
Werkwoord
  • koken tot iets geheel gaar is
"De vruchten [van de katjang], uitgezonderd die van de katjang djepoen eet men afgekookt.}}blz. 80. Aardrijkskundig en statistisch woordenboek van Nederlandsch Indie bewerkt naar de jongste en beste berigten: bewerkt naar de jongste en beste berigten"
afkoken
Werkwoord
  • bijzonder vaak koken
"Op dat fornuis is heel wat afgekookt."
afkoken
Werkwoord
  • door koken van iets ontdoen
"botten/beenderen afkoken"
"het vlees van de botten afkoken"

Synoniemen

Hyperoniemen