Betekenis van:
baken

baken (het ~ | meervoud bakens)
Zelfstandig naamwoord
  • merkteken
"een baken in de storm zijn"
"de bakens verzetten"

Hyperoniemen

baken
Zelfstandig naamwoord
  • een markering, meer in het bijzonder gebruikt in de lucht- en scheepvaart voor herkenningstekens

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Dit kan gedaan worden door de tijd te meten die nodig is om van één baken naar een ander baken te varen.
  2. Bij baken D ligt het schip stil ten opzichte van het water d.w.z. de stroomsnelheid bedraagt ca. 5 km/u.
  3. Het stopmanoeuvre wordt in gang gezet door de instructie „stop A” die gegeven wordt wanneer een baken op het land wordt gepasseerd.
  4. De controle van de communicatiemogelijkheden van de treinapparatuur met baanapparatuur omvat een controle van de mogelijkheid tot het lezen van een gecertificeerd Eurobalise-baken en (indien die functionaliteit op de trein is geïnstalleerd) een Euroloop-baken, en de mogelijkheid om een GSM-R-verbinding voor spraak en voor data (indien deze functionaliteit is geïnstalleerd) tot stand te brengen.
  5. De controle van de communicatiemogelijkheden van de treinapparatuur met baanapparatuur omvat een controle van de mogelijkheid tot het uitlezen van een gecertificeerd Eurobalise-baken en (indien de functionaliteit op de trein is geïnstalleerd) een Euroloop-baken, en de mogelijkheid om een GSM-R-verbinding voor spraak en voor data (indien deze functionaliteit is geïnstalleerd) tot stand te brengen.
  6. Het passeren van alle andere landbakens tijdens het stopmanoeuvre wordt op identieke wijze gemeten en elk baken (bv. kilometerpaal) en de tijd van voorbijvaren wordt in het verslag genoteerd.