Betekenis van:
bandiet

bandiet (de ~ | meervoud bandieten)
Zelfstandig naamwoord
  • misdadiger, schurk
"gewapende bandieten"

Synoniemen

Hyperoniemen

bandiet
Zelfstandig naamwoord
  • een schurk of misdadiger
"Ze zouden die bandiet een lange tijd op moeten sluiten."