Betekenis van:
beantwoorden

beantwoorden
Werkwoord
  • antwoord op iets geven
"een vraag beantwoorden"
"een enquête beantwoorden"

Hyperoniemen

Hyponiemen

beantwoorden
Werkwoord
  • reageren
"een actie beantwoorden met een tegenactie"
"iemands liefde beantwoorden"

Hyperoniemen

beantwoorden
Werkwoord
  • de reactie op een vraag geven
"Er was niemand die de vraag van de leraar kon beantwoorden."
beantwoorden
Werkwoord
  • voldoen aan, overeenkomen met
"Het resultaat beantwoordt niet aan de verwachting"

Voorbeeldzinnen

  1. Kan je dit beantwoorden?
  2. Moet ik alle vragen beantwoorden?
  3. Ik kon alle vragen beantwoorden.
  4. Bob kan alle vragen beantwoorden.
  5. Je hoeft die vragen niet te beantwoorden.
  6. Hij kan hun vragen niet beantwoorden.
  7. Hij kan hun vragen niet beantwoorden.
  8. Tom kon niet al Mary's vragen beantwoorden.
  9. Ik wist niet hoe ik zijn vraag moest beantwoorden.
  10. Schriftelijk te beantwoorden vragen
  11. Niet te beantwoorden
  12. Gelieve vraag 4 te beantwoorden.
  13. Artikel 110 Schriftelijk te beantwoorden vragen
  14. het ontvangen en beantwoorden van alle klachten;
  15. Aanwijzingen voor het beantwoorden van onderstaande vragen: