Betekenis van:
beet

beet (de ~ | meervoud beten)
Zelfstandig naamwoord
  • wondje door beet
"je moet de beet in schoon water wassen"
"een beet in [een arm]"

Hyperoniemen

Hyponiemen

beet
Zelfstandig naamwoord
  • een samenklemming tussen de kaken
"De beet van een dolle hond is een ernstige zaak."
beet
Zelfstandig naamwoord
  • een steek door de monddelen van een kaakloos wezen, zoals een insect
"De huilende baby zat onder de beten, want er was een mug in de kamer."
beet
Zelfstandig naamwoord
  • / biet
beet
Zelfstandig naamwoord
  • knol; de wortelknol van bietenplant

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

beet
Bijwoord
  • te pakken, vast
"beethouden: Hij hield haar stevig beet."

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Rode biet, inclusief Cheltenham beet
  2. Beta vulgaris — rode biet, inclusief Cheltenham beet, snijbiet
  3. Daarom kan Litouwen niet langer als beschermd gebied ten aanzien van het „beet necrotic yellow vein virus” worden erkend.
  4. Litouwen heeft informatie verstrekt waaruit blijkt dat het „beet necrotic yellow vein virus” nu in dat land is geconstateerd.
  5. Litouwen heeft informatie verstrekt waaruit blijkt dat het „beet necrotic yellow vein virus” op zijn grondgebied is geconstateerd.
  6. Litouwen werd tot en met 31 maart 2006 voorlopig als beschermd gebied ten aanzien van het „beet necrotic yellow vein virus” erkend.
  7. Uit door Denemarken verstrekte gegevens, gebaseerd op de meest recente onderzoeken, blijkt dat Denemarken niet meer als beschermd gebied ten aanzien van „beet necrotic yellow vein virus” mag worden erkend aangezien dit schadelijke organisme er momenteel voorkomt.
  8. Uit door Denemarken verstrekte gegevens blijkt dat deze lidstaat niet langer kan worden erkend als beschermd gebied ten aanzien van het „beet necrotic yellow vein virus”, aangezien dit schadelijke organisme in Denemarken is geconstateerd.