Betekenis van:
container

container (de ~ | meervoud containers)
Zelfstandig naamwoord
  • grote kist van gestandaardiseerde afmetingen waarin goederen verpakt en vervoerd kunnen worden
"een container met hulpgoederen"
"containers vervoeren"

Hyperoniemen

container (de ~ | meervoud containers)
Zelfstandig naamwoord
  • grote, gestandaardiseerde bak voor het transport van stukgoederen
"een container voor gekleurd glas"
"textiel in de container gooien"

Synoniemen

Hyperoniemen

container
Zelfstandig naamwoord
  • grote, verrijdbare verzamelbak voor afval

Hyperoniemen

container
Zelfstandig naamwoord
  • (grote) gestandaardiseerde metalen kist voor het transport van losse goederen

Voorbeeldzinnen

  1. Container ID
  2. de container.
  3. Container (hamper)
  4. Vak 19 Container
  5. „grote container”: een vervoermiddel
  6. Indien geen container:
  7. Container-nr(s).
  8. Ident. nieuwe container:
  9. Ident. nieuwe container:
  10. Container (hamper) HR
  11. Nr. zegel en nr. container
  12. Container”: onderdeel van het vervoerapparaat:
  13. Nr. zegel en nr. container
  14. Vak 19 Container(s) (Ctr)
  15. Container”: onderdeel van het vervoerapparaat: