Betekenis van:
gangreen

gangreen
Zelfstandig naamwoord
  • de afsterving en ontbinding van een levend organisme
"Het vochtige gangreen had een rottingsstank."
gangreen (het ~)
Zelfstandig naamwoord
  • ziekte waarbij lichaamsdelen afsterven; aandoening waardoor weefsel afsterft; afsterving van weefsel, gepaard met rotting
"ledematen aangetast door gangreen"
"de corruptie die als gangreen aan de economie vreet"

Synoniemen

Hyperoniemen