Betekenis van:
grondrecht

grondrecht (het ~ | meervoud grondrechten)
Zelfstandig naamwoord
  • recht op gebruik v.e. stuk grond

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. Het Handvest van de grondrechten Europese Unie erkent het recht op goed bestuur als grondrecht van de Europese burgers.
  2. Deze diensten zijn van wezenlijk belang voor de waarborging van het grondrecht op menselijke waardigheid en integriteit en een uiting van de beginselen van sociale samenhang en solidariteit en dienen door deze richtlijn onverlet te worden gelaten.
  3. In dat kader moet de gevoelige aard van persoonsgegevens betreffende de gezondheid worden erkend en in acht genomen en moet worden voorzien in specifieke, geschikte waarborgen voor de eerbiediging van het grondrecht op bescherming van de persoonsgegevens van de betrokkene.
  4. De lidstaten zorgen ervoor dat het grondrecht op de bescherming van persoonsgegevens bij alle werkzaamheden in verband met orgaandonatie en -transplantatie volledig en effectief geëerbiedigd wordt, in overeenstemming met de uniale bepalingen inzake de bescherming van persoonsgegevens, zoals Richtlijn 95/46/EG, en met name de artikelen 8, lid 3, 16, 17 en 28, lid 2, van die richtlijn.
  5. zij ziet er op toe dat het grondrecht op de bescherming van persoonsgegevens bij alle werkzaamheden in verband met orgaantransplantatie volledig en effectief geëerbiedigd wordt, in overeenstemming met de uniale bepalingen inzake de bescherming van persoonsgegevens, met name Richtlijn 95/46/EG.
  6. De lidstaten moeten erop toezien dat het grondrecht op de bescherming van persoonsgegevens in interoperabele systemen voor e-gezondheidszorg volledig en effectief wordt geëerbiedigd, met name in systemen voor elektronische medische dossiers, overeenkomstig de communautaire bepalingen inzake de bescherming van persoonsgegevens, in het bijzonder de Richtlijnen 95/46/EG en 2002/58/EG.
  7. Overwegende dat het IAO-verdrag betreffende maritieme arbeid van 2006 (hierna „het verdrag” genoemd) ieder lid ertoe verplicht ervoor te zorgen dat zijn wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de context van het verdrag in overeenstemming zijn met het grondrecht van vrijheid van vereniging en de effectieve erkenning van het recht op collectieve onderhandelingen, de uitbanning van alle vormen van gedwongen of verplichte arbeid, de effectieve afschaffing van kinderarbeid en de uitbanning van discriminatie in arbeid en beroep;