Betekenis van:
interieur

interieur (het ~ | meervoud interieurs)
Zelfstandig naamwoord
  • het inwendige van een gebouw, huis of vertrek.
"een modern/ouderwets interieur"
"een smaakvol/smakeloos interieur"

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Interieur/Binnen
  2. Verwarming van het interieur
  3. het reinigen van het interieur van gebouwen en andere bouwwerken, zie 74.70.
  4. de delen van het interieur van de passagiersruimte, met uitzondering van de achteruitkijkspiegel(s);
  5. een gedetailleerde beschrijving van het voertuigtype wat de in punt 2.2 vermelde punten betreft, vergezeld van een foto of een opengewerkte tekening van het interieur.
  6. Beschrijving en tekeningen/foto's van de vormen en samenstellende materialen van het gedeelte van de carrosserie bestaande uit de motorruimte en het aangrenzende gedeelte van het interieur:
  7. In noodgevallen moet de bestuurderscabine (of in geval van hulpverlening de toegang tot het interieur) normaal door de in punt 4.2.2.6a beschreven deuren verlaten kunnen worden.
  8. Delen vóór in het interieur, gelegen onder het instrumentenpaneel en vóór de H-punten van de zitplaatsen vóór, met uitzondering van de zijdeuren en de pedalen.
  9. Beschrijving en tekeningen/foto’s van de vormen en samenstellende materialen van het gedeelte van de carrosserie bestaande uit de motorruimte en het aangrenzende gedeelte van het interieur: …
  10. Er is voldoende verlichting om het interieur en de onmiddellijke omgeving van het voertuig zodanig te verlichten dat personen met beperkte mobiliteit veilig kunnen in- en uitstappen.
  11. „elektrisch bediende scheidingssystemen”: systemen die het interieur van een personenauto in ten minste twee delen verdelen en die kunnen worden gesloten met behulp van door het voertuig geleverd elektrisch vermogen.
  12. het naar het interieur van het voertuig gekeerde deel moet een minstens 25 mm hoog oppervlak hebben, waarvan de randen met een krommingsstraal van minstens 3,2 mm zijn afgerond.
  13. Voor het meten van een opening wordt een cilindrische teststang (zonder kracht uit te oefenen) door die opening normaal loodrecht op rand van de ruit, het dakpaneel of de scheiding en loodrecht op de sluitrichting geplaatst, zoals afgebeeld in figuur 1 van bijlage IX, vanuit het interieur van het voertuig naar buiten of, bij scheidingssystemen, vanuit het achterste gedeelte van de passagiersruimte.
  14. Er moet een afscheiding van hittebestendig materiaal worden aangebracht tussen de motorruimte en andere warmtebronnen (zoals een voorziening die vrijgekomen energie moet absorberen wanneer het voertuig een lange helling afdaalt, bijv. een retarder, of een toestel om het interieur te verwarmen en waarvan de werking niet op warmwatercirculatie berust) enerzijds en de rest van het voertuig anderzijds.
  15. Er zal onderzoek worden gedaan naar aspecten als nieuwe concepten voor stuw- en draagkracht, nieuwe ideeën voor het interieur van vliegtuigen, met inbegrip van het ontwerp, nieuwe luchthavenconcepten, nieuwe methoden voor vliegtuignavigatie en verkeersleiding, alternatieve methoden voor de exploitatie van het luchtvervoersysteem en de integratie daarvan met andere vervoerswijzen.