Betekenis van:
kansrijk

kansrijk
Bijvoeglijk naamwoord
  • (veel) kans op succes hebbend.
"Maar zijn die aanvragen ook kansrijk?"
kansrijk
Bijvoeglijk naamwoord
  • hoopvol; met veel kans van slagen; veelbelovend
"kansrijke kandidaten/asielzoekers"
"kansrijke gebieden/momenten"

Synoniemen

Hyperoniemen