Betekenis van:
levendig

levendig
Bijvoeglijk naamwoord
  • vol opgewekte drukte
"Het levendige gesprek nam een verrassende wending."
levendig
Bijvoeglijk naamwoord
  • veelzeggend
"een levendige conversatie"
"een levendig kind"

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Hij is nogal levendig.
  2. Deze straat is levendig.
  3. Europa dichter bij de burgers brengen door de waarden en prestaties van Europa uit te dragen en de herinnering aan het verleden levendig te houden;