Betekenis van:
lokvogel

lokvogel (de ~ | meervoud lokvogels)
Zelfstandig naamwoord
  • zaak of persoon die je prikkelt; vogel die andere moet lokken

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. het gebruik van vogels van de orden Anseriformes en Charadriiformes als lokvogel (hierna „lokvogels” genoemd).”.
  2. het gebruik van vogels van de orden Anseriformes en Charadriiformes als lokvogel (hierna „lokvogels” genoemd) tijdens de vogeljacht.
  3. het gebruik van vogels van de orden Anseriformes en Charadriiformes als lokvogel tijdens de vogeljacht wordt verboden; wel mogen die vogels onder strikt toezicht van de bevoegde autoriteit als lokvogel worden gebruikt voor in het wild levende vogels met het oog op bemonstering in het kader van het bewakingsprogramma van Beschikking 2005/732/EG.