Betekenis van:
nagerecht

nagerecht (het ~ | meervoud nagerechten)
Zelfstandig naamwoord
  • gerecht dat ter bevordering van de spijsvertering na het hoofdgerecht wordt gegeten
"met voor- en nagerecht"
"een koud/warm nagerecht"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

nagerecht
Zelfstandig naamwoord
  • het gerecht waarmee een maaltijd wordt afgesloten

Voorbeeldzinnen

  1. Appels werden als nagerecht geserveerd.
  2. Na het hoofdgerecht komt het nagerecht.