Betekenis van:
nutteloos

nutteloos
Bijvoeglijk naamwoord
  • zonder voordeel
"Ik moest van de meester een nutteloze opdracht doen."
nutteloos
Bijvoeglijk naamwoord
  • nutteloos; zonder doel; zinloos; zonder resultaat; vergeefs; tevergeefs; vruchteloos
"een nutteloze poging"
"al mijn inspanningen waren nutteloos"

Synoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Weerstand is nutteloos.
  2. De Commissie is derhalve van mening dat een dergelijke compenserende maatregel in dit geval nutteloos zou zijn
  3. Sommige derde partijen, die zich presenteren als groothandelaars of exporterende boekhandels, wijzen erop dat de steunmaatregelen nutteloos waren om aan de vraag te voldoen. Zij hebben evenwel geen relevante gegevens overgelegd ter ondersteuning van deze beweringen.
  4. Derhalve vragen zij de Commissie om het huidige onderzoek stop te zetten; het is nutteloos omdat de betrokken maatregelen buiten het toepassingsgebied van artikels 87 en 88 van het EG-Verdrag vallen.
  5. Bij gebruik van elektrische verlichting moet de voeding door de noodkrachtbron worden geleverd en deze verlichting moet zo zijn aangelegd dat het uitvallen van één enkel licht of een onderbreking van een lichtgevende strip niet tot gevolg heeft dat de markering nutteloos wordt.
  6. De methode voor gestrande kosten is bedoeld voor het analyseren van steun die aan begunstigden in de elektriciteitssector is toegekend in gevallen waarin bepaalde beslissingen die door deze begunstigden zijn genomen vóór de liberalisering commercieel gezien nutteloos zijn ná die liberalisering.