Betekenis van:
ongerijmdheid

ongerijmdheid
Zelfstandig naamwoord
  • dwaze daad of zaak; iets onzinnigs; onmogelijke opdracht; het gek of fanatiek zijn; dwaasheid; onzin, iets geks; onverstandige daad; iets doms

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen